Vlieg met me mee
Hoe mooi en bijzonder is het als je als kind in een kleurrijke luchtballon boven je eigen streek zweeft? Twee jonge, chronisch zieke tieners beleefden het onlangs en voeren over de regio Twente. Asito maakte met samenwerkingspartners Medisch Spectrum Twente (MST) en Universiteit Twente (UT) de ballonvaart mogelijk.
Asito vertelt: “Omdat onze roots in Twente liggen, voelen we de verantwoordelijkheid om iets terug te doen voor de regio. Dat doen we bijvoorbeeld in nauwe samenwerking met MST en UT in grote en kleine initiatieven. Zo kwamen op een mooie vrijdagavond in september twee kinderen met hun ouders, grootouders, broers en zusjes bijeen op het terrein van de Universiteit Twente. De kinderen van 13 en 15 jaar oud, zijn chronisch ziek en worden behandeld door het MST.”
‘Ontzettend zenuwachtig’
Bij de universiteit werden de kinderen om 17.00 uur ontvangen met een smakelijke picknick, om vervolgens aan de ballonvaart te beginnen. “Het was een heel bijzondere avond. Uiteraard voor de kinderen, maar ook voor ons allemaal”, blikken Linda Zweers en Angela van Otterloo van MST terug. “Zeker het moment dat de luchtballon opsteeg, met de blije gezichten van de kinderen en de begeleiders.” Of zoals een van de kinderen het na afloop zei: “Ik was ontzettend zenuwachtig, maar het was super!”
Regionale Twentse samenwerking
De universiteit stelde haar terrein beschikbaar, Asito regelde de ballon. Istvan Haarman, Manager Hospitality & Logistiek bij Medisch Spectrum Twente: “Deze ballonvaart is een geweldig gebaar van onze schoonmaakpartner Asito waarmee we deze jonge patiënten een onvergetelijke ervaring konden bezorgen. Dit is een mooi voorbeeld van waar een regionale Twentse samenwerking toe kan leiden.”
Iets terug doen voor de regio
Glenn Timmer, manager sales bij Asito: “Wij vinden het niet meer dan normaal dat we iets terug doen voor de regio waar ons bedrijf groot is geworden. Universiteit Twente en Medisch Spectrum Twente, ook échte Twentse organisaties, denken er net zo over. Samen krijgen we mooie dingen voor elkaar.”
Bron: Asito