CNV over discriminatie-rechtszaak: “Zwangere vrouwen zijn kwetsbaar”

Een zwangere medewerkster van een installatiebedrijf uit Den Haag krijgt een bijzonder appje: vanwege haar zwangerschap krijgt ze geen contractverlenging. “We weten allemaal dat zwangerschapsdiscriminatie voorkomt, maar vaak ontbreekt het bewijs”, zegt Charlotte te Pas, jurist bij CNV Vakmensen. “In deze zaak staat het keihard in een appje.”

De rechtbank van Den Haag deed onlangs uitspraak in de zaak van de 28-jarige Samantha, die inmiddels is bevallen van een dochter.

Don’t shoot the Messenger
In maart 2017 begint ze op de administratie van het Haagse installatiebedrijf, met een contract voor een half jaar, voor 38 uur per week. Op 22 juli 2017, ruim een maand voordat haar contract afloopt, krijgt ze een bijzonder appje van haar leidinggevende: “Samantha, er is besloten in overleg met Hans en Dennis om jouw contract niet te verlengen. De reden hiervoor is jouw zwangerschap, door jouw zwangerschap zou je 17 weken uit de roulatie zijn. Deze kosten kunnen wij niet voor onze rekening nemen (don’t shoot the messenger).”

Brief
Vier dagen later krijgt Samantha een brief van de directie, die een poging doet om de fout ongedaan te maken. In de brief, met excuses, staat dat de leidinggevende niet bevoegd was om haar te informeren en dat er een heel andere reden is waarom haar contract niet wordt verlengd: er zou namelijk gewoon te weinig werk voor haar zijn.

“Het bedrijf heeft zich vast gerealiseerd dat ze een enorme miskleun hadden begaan, met het appje van haar leidinggevende”, zegt Charlotte te Pas, “want die zwangerschap speelde natuurlijk wel een rol. We hebben daar het bedrijf mee geconfronteerd en voorgesteld om de werknemer hiervoor op een gepaste manier te compenseren. Maar daar bleken ze niet toe bereid.”

Rechtszaak
Het wordt uiteindelijk een rechtszaak. De rechtbank van Den Haag kent de werknemer een billijke vergoeding toe van bruto € 3.000, vanwege ‘ernstig verwijtbaar handelen’ van de werkgever. “Een mooie uitspraak, dankzij een duidelijk bewijs van zwangerschapsdiscriminatie”, zegt Te Pas. “Tegelijkertijd drukt het ons weer met de neus op de feiten. Zwangere vrouwen zijn kwetsbaar, zeker in een arbeidsmarkt met 35% flexwerkers. Vrouwen lopen bij zwangerschap een groot risico dat ze geen contractverlening of een vast contract krijgen. Maar dat wordt natuurlijk nooit zo gezegd, de werkgever verzint dan gewoon een andere reden.”

College voor de Rechten van de Mens
Uit eerder onderzoek (2016) door het College voor de Rechten van de Mens bleek al dat 44% van de vrouwen met een tijdelijk contract aangeven dat hun contract niet is verlengd (mede) vanwege de zwangerschap. Een meldpunt van het College leverde vorig jaar in 7 weken tijd 855 meldingen op. In reactie daarop werd vorig jaar maart een overheidscampagne gelanceerd, die discriminatie van zwangere vrouwen op de werkvloer moet tegengaan.

Te Pas: “Veel vrouwen herkennen dit nog steeds en zien tegelijkertijd geen mogelijkheden om er iets tegen te doen. Dat is frustrerend. Vooral omdat het erop lijkt dat werkgevers zich niet altijd bewust zijn van het goede vangnet dat we hiervoor in Nederland hebben geregeld. Het UWV draagt namelijk de kosten voor zwangerschaps- en bevallingsverlof.”

Discriminatie melden
CNV Vakmensen raadt vrouwen aan om aanwijzingen voor zwangerschapsdiscriminatie te blijven melden bij de vakbond of bij het College van de Rechten van de Mens.

Lees hier de volledige uitspraak
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2018:3423&showbutton=true&keyword=7%3a673+lid+9